(Evaluatie Wet Pensioencommunicatie. 31-01-2020 W. Koolmees)
De bereidheid en het vermogen van werknemers om goede beslissingen te nemen op basis van verstrekte pensioeninformatie wordt overschat. Weten is nog geen doen!
Bij de uitgevoerde evaluatie van de Wet Pensioencommunicatie geeft éénderde tot de helft van de ondervraagde werknemers aan niet te weten wanneer zij met pensioen kunnen en hoeveel zij ongeveer mogen verwachten aan inkomen bij pensionering.
Tweederde van deze werknemers is zich niet bewust van de acties die ze zelf kunnen ondernemen om te bepalen of het pensioen voldoende is, of weet niet wat keuzemogelijkheden zijn.
Werknemers willen vooral inzicht in netto inkomen per maand vanaf de pensioendatum. Tevens geven werknemers uit het evaluatieonderzoek aan dat de werkgever pensioeninformatie moet geven.
In dit kader is het vreemd dat (ook) in de evaluatie van de Wet Pensioencommunicatie de rol van de werkgever niet nader wordt onderzocht of duidelijker wordt verankerd in pensioenwetgeving.
Buiten artikel 21 van de PensioenWet, waarin de werkgever wordt genoemd als informatieplichtige om binnen 3 maanden na verwerving van pensioenaanspraken aan de werknemer duidelijk te maken hoe de pensioenregeling in elkaar zit, is verder bij de Wet Pensioencommunicatie de positie van de werkgever niet nader uitgewerkt.
Sterker nog, met de inwerkingtreding van de Wet Pensioencommunicatie kan de werkgever haar informatieplicht ‘uitbesteden’ aan de pensioenuitvoerder door het Pensioen 1-2-3, die door de pensioenuitvoerder wordt opgemaakt, beschikbaar te stellen aan de werknemer.
Uit de evaluatie van de Wet Pensioencommunicatie blijkt dat het Pensioen 1-2-3 in de huidige vorm weinig bijdraagt aan het bereiken van de doelen die de wetgever voor ogen had met de invoering ervan. Doelen als:
1) Weet de deelnemer hoeveel pensioen deze kan verwachten?
2) Kan de deelnemer nagaan of het pensioen voldoende is?
3) Is de deelnemer zich bewust van de risico’s?
4) Krijgt de deelnemer inzicht in de keuzemogelijkheden.
Hoe moet dit verder met het initiëren van pensioencommunicatie door werkgevers?
In de praktijk blijkt dat de meerderheid van de werkgevers passief blijft handelen in de betrokkenheid bij het pensioen van de werknemers. Te vaak hoor ik van HR-managers dat zij niet communiceren over pensioen, omdat zij niet mogen adviseren. Naast het feit dat dit een gemiste kans is om werknemers te enthousiasmeren voor de arbeidsvoorwaarde pensioen is het voor de werkgever een gemiste kans om het personeelsbeleid goed inhoud te geven. Maar is de reactie over het niet informeren terecht?
Vanuit het Burgerlijk Wetboek (art 7:655) heeft de werkgever de verplichting om binnen een maand na aanvang van de werkzaamheden een aanbod te doen van pensioen aan de werknemer. Deze informatie moet juist zijn, om aansprakelijkheid voor schade te voorkomen. Is de werkgever hiertoe in staat? Uitgangspunt is verder dat bij het nalaten van het verstrekken van de juiste informatie door de werkgever aan de werknemer er een schending bestaat van de informatieplicht, die op de werkgever rust (art. 6:162 BW). Daarmee kan tevens in strijd gehandeld worden met ‘goed werkgeverschap’ (art 7:611 BW). Er zijn dus wel degelijk wettelijke bepalingen waaraan de werkgever moet voldoen, waar het gaat om bieden van goede pensioeninformatie.
Minister W. Koolmees geeft in zijn evaluatiebrief het uitgangspunt aan dat pensioenuitvoerders primair verantwoordelijk zijn voor een zo goed mogelijke uitvoering van alle wettelijke informatieverplichtingen over pensioen. Ik betwijfel op basis van bovenstaande argumentatie dus of dit juridisch stand houdt, mede ondersteunt door jurisprudentie op dit vlak. Er is voldoende jurisprudentie te vinden waarbij de werkgever aansprakelijk is gehouden en werknemers moet compenseren vanwege onjuiste of onvolledige informatieverstrekking. (ECLI:NL:RBAMS:2019:7617 Hof Amsterdam, ECLI:NL:GHDHA:2016:231 Hof Den Haag, ECLI:NL:GHSHE:2020:83, Hof ’s-Hertogenbosch, Hof ’s-Gravenhage 31 maart 2009, LJN BI1940).
Dat de werkgever (ook) bij de evaluatie van de Wet Pensioencommunicatie niet méér betrokken wordt bij het communicatievraagstuk is op z’n minst bijzonder te noemen. Waarom wordt de rol van de werkgever niet duidelijker verankerd in pensioenwetgeving? Kan dit wellicht niet de reden zijn dat werkgevers onterecht denken dat ze de pensioencommunicatie over kunnen laten aan pensioenuitvoerders? Per slot van rekening komt de wens van werknemers duidelijk naar voren in de evaluatie om door de werkgever geïnformeerd te willen worden. Stichting van de Arbeid gaf in 2013 terecht al aan dat de werkgever de spil is in het vergroten van het pensioenbewustzijn van werknemers.
Wilt u als werkgever uw werknemers handelingsperspectief geven met betrekking tot hun pensioeninkomen? Wilt u uw werknemers begeleiden om langer actief te zijn binnen uw organisatie? Geef ze dan het nodige inzicht om hiermee aan de slag te gaan.
ArbeidsPlus kan uw organisatie helpen met moderne online en offline informatie om werknemers het inzicht en handelingsperspectief te geven die ze nodig hebben.
Meer weten? Neem contact op voor een vrijblijvende afspraak over uw wensen en onze mogelijkheden!
drs. Edwin Langhorst
Pensioen- & Inkomensadviseur